UIT: http://www.lenyvanleeuwen.nl/kroniek.htm
Oom Gé deed vaak het spelletje Jan en Piet: hij had op de nagels van de wijsvingers van zijn linker- en rechterhand een papiertje geplakt. Dat waren Jan en Piet. Hij legde die vingers op de rand van de tafel, met de andere vingers onder de rand. Dan zei hij:
Jan en Piet
zaten in het riet
terwijl hij zijn vingers om beurten op de rand van de tafel liet neerkomen.
Weg was Jan!
en zijn linkerhand zwaaide door de lucht en kwam zonder papiertje op de rand van de tafel terug!
Weg was Piet!
en datzelfde gebeurde met zijn rechterhand!
Jan en Piet
zaten in het riet
terwijl hij zijn vingers om beurten op de rand van de tafel liet neerkomen.
Daar is Jan weer!
en zijn linkerhand zwaaide door de lucht en kwam weer met papiertje op de rand van de tafel terug!
Daar is Piet weer!
en datzelfde gebeurde met zijn rechterhand!
Eindelijk had ik door, dat als Jan en Piet weg waren, oom Gé met zijn middelvingers op de tafel zat te trommelen!
azalaia